« Moslima’s op ‘seks-jihad’ in Syrië
Mag je een Boeddhabeeld kopen voor jezelf of moet je het krijgen? »

Verdachten van orgaanroof gelyncht en verbrand op Madagaskar

Drie mannen zijn op een eilandje bij Madagaskar gedood door een menigte die hen verdacht van kindermoord en orgaanroof. Bewoners van het toeristische eilandje Nosy Be troffen op 3 oktober het lijk aan van een vermiste jongen. Zijn tong en geslachtsdelen zouden zijn verwijderd. De eigenaars van de boot waarin hij zou zijn gevonden, een Fransman en een Frans-Italiaan, zijn door een meute vermoord en op het strand verbrand. Later werd ook een inwoner van Madagaskar op een brandstapel geworpen. Het is niet de eerste keer dat verdenkingen van orgaanroof leiden tot lynchpartijen.

[Update over veroordelingen daders lynchpartij onderaan dit bericht] De hoofdplaats van het eilandje, toepasselijk Hell-Ville genaamd (30.000 inwoners), was het toneel van zware onlusten. Gewapend met machetes en stenen zocht een menigte de derde man, volgens berichten de oom van de vermiste zeven- of achtjarige jongen. Hij werd er ook van verdacht een van zijn eigen kinderen te hebben verkocht. Het politiebureau waar hij volgens geruchten in een cel zat, werd belegerd. De politie loste schoten, waarbij verscheidene gewonden en twee doden vielen. Uit wraak werden huizen van politieagenten in brand gestoken.

Le Monde tekent aan dat buitenlanders niet alleen voor de stranden naar Nosy Be komen, maar ook voor sekstoerisme en prostitutie van minderjarigen. Gevallen waarbij vermeende dieven of automobilisten die een ongeluk veroorzaken levend zijn verbrand kwamen de laatste jaren vaker voor, evenals aanvallen op politiebureaus om verdachten in handen te krijgen.

‘Zondebokken’

De eerste berichten uit Madagaskar bevatten nog veel onduidelijkheden over de identiteit van de lynchslachtoffers en de omstandigheden waaronder de vermiste jongen de dood vond. Werd hij gevonden in de koelkast van een boot (versie 1) of op het strand (versie 2)? Geruchten, onder meer op twitter, noemen grotere aantallen daders en slachtoffers. Vrijdag ging ook het gerucht dat niet twee maar vijf inwoners de dood vonden door politiekogels bij de belegering van het politiekantoor. De twee Europeanen zouden voor hun dood gemarteld zijn en daarbij hebben bekend in menselijke organen te handelen. Of het daarbij om organen voor transplantatie zou gaan of om ingrediënten voor inheemse magische rituelen is niet bekend.

Ook is het mogelijk dat de jongen niet vermoord is maar verdronken. Volgens een Fransman die op Nosy Be woont, is hij dinsdagavond op het strand gevonden. Een ander speculeert dat zijn tong en geslachtsdelen door vissen zijn afgebeten. De gelynchte mannen zijn volgens deze omwonende ‘zondebokken‘.

Eerdere lynchpartijen in Guatemala

Verhalen over buitenlandse orgaanrovers circuleren in een groot aantal landen sinds de jaren tachtig. Hoewel illegale orgaanhandel een treurige realiteit is, bleken berichten over gekidnapte kinderen bij herhaling onjuist. Soms vallen er desondanks doden: het gebeurde op Nosy Be doet sterk denken aan eerdere rellen in derdewereldlanden waarbij de bevolking buitenlanders ervan verdacht kinderen te kidnappen om hun organen te roven.

Guatemala, 8 maart 1994. De Amerikaanse toeriste Melissa Larson zit een glas ananassap te drinken op de markt van het plaatsje Santa Lucía Cotzumal­guapa, als dorpsbe­woners haar uitmaken voor kinderdief. Larson wordt gear­resteerd en door de autori­teiten voor haar eigen veiligheid het dorp uit gesmok­keld. Als de dorpe­lingen haar niet meer in haar cel vinden, koelen ze hun woede op haar beschermers: ze bran­den het politiebu­reau plat en steken tien auto’s in brand. Vijfhonderd man oproer­politie, versterkt met solda­ten en pant­serwa­gens, zijn nodig om de gemoederen tot bedaren te brengen. Larson komt na negen­tien dagen cel met de schrik vrij.

Minder gelukkig is op 29 maart 1994 een andere toeriste, de 51-jarige June Weinstock, die naar San Cristó­bal Verapaz is gekomen om het paasfeest mee te maken. Bewoners van het stadje zien hoe ze op de markt kinde­ren fotografeert en een jongetje over zijn bol aait. Een vrouw die in het gedrang haar achtja­rige zoontje uit het oog is verlo­ren, kijkt argwanend naar Wein­stock. Misschien heeft de gringa hem in haar koffer, grapt een ijsverkoper.Weinstock wordt het middelpunt van een groeiende oploop: er is een Amerikaanse kinderdief in de stad! Ook zij moet door de politie worden be­schermd, terwijl een duizendkop­pige menigte het poli­tiebureau beleger­t. Na vijf uur wordt ze naar buiten ge­sleept en afgetuigd met mache­tes, stokken en stenen. Weinstock raakt in coma en belandt in het ziekenhuis met acht steekwonden, een sche­del­frac­tuur en twee gebroken armen. Het zoekgeraakte jongetje is dan al lang ongedeerd terug­gevonden.

Dollarbiljetten
Deze incidenten hadden niet kunnen voorvallen zonder de geruchten die eraan vooraf gingen. Langha­rige buiten­landers zouden op kinderen loeren. Een straat­jochie dat blind rond­dwaalde, bleek van zijn hoorn­vliezen te zijn be­roofd; in zijn zakken waren dollarbiljetten gepropt. Zei men. Er waren acht baby’s ge­von­den zonder hart. Bij een van hen was een biljet van honderd dollar in de gapende wond gestoken, met een briefje: ‘Thanks for your cooperation.’Graf­fitti waarschuwden Amerikanen dat ze niet welkom waren: ‘GRINGO CHILD STEA­LERS GO HOME.’ De hysterie werd aangewakkerd door een artikel in Prensa Libre, de groot­ste krant van Guatemala, dat in de vorm van een ­reclamefolder de orgaanhandel in beeld bracht. Als in de supermarkt zijn tien organen uitgestald, met de prijzen die ze zouden opbrengen in de Verenigde Staten. Aan het hart hangt het prijs­kaar­tje ‘$ 100.000’, een nier zou vijfenzestigduizend dollar doen, een hoorn­vlies gaat op de zwarte markt weg voor slechts vijfen­twintighonderd dollar.

In april 2000 stortten bewoners van het Guatemalteekse dorp Todos Santos zich op een bus met Japanse toeristen. Het gerucht ging dat zij duivelsaanbiddders waren die kinderen zouden offeren op het plaatselijke voetbalveld. De 40-jarige Tetsuo Yamahiro werd gestenigd, buschauffeur Edgar Castellanos werd met machetes vermoord, waarna zijn lijk in brand werd gestoken.

In 2007 gijzelden Guatemalteken elf politieagenten, na geruchten dat zij een bende van babyrovers zouden beschermen. Bij een ander incident in 2007 werd de 24-jarige Marciana Recinos vermoord; een andere vrouw werd met benzine in brand gestoken, maar bracht het er levend af.

In Marseille werden in 2008 drie Roemeense Roma gelyncht na de verdwijning van een Noord-Afrikaans meisje. Ook zij werden verdacht van orgaanhandel: in Marseille zouden ze hun slachtoffers in geblindeerde witte en blauwe busjes trekken, waarschuwden emails en sms’jes. De drie konden zich zwaar gewond verschuilen in een restaurant terwijl de menigte hun auto in brand stak.

Werd de lynchpartij op Madagaskar ook voorbereid doordat verhalen over kidnappers en orgaanrovers er al langer circuleerden? De autoriteiten hebben een onderzoek ingesteld. Ik zal deze pagina updaten als het nieuws daar aanleiding toe geeft.

Update: Vier daders veroordeeld tot levenslang

Levenslange dwangarbeid voor vier van de daders van de lynchpartij op Madagaskar, luidde het vonnis op 9 oktober 2015, twee jaar en een week nadat een meute drie vermeende orgaanrovers vermoordde. In totaal stonden 37 mensen terecht. Twee kregen zeventien jaar dwangarbeid, twee werden veroordeeld tot twee en drie jaar cel. Het merendeel van de verdachten – zesentwintig – kwam er wegens gebrek aan bewijs zonder straf vanaf.

Bronnen
  • De passage over de lynchpartijen in Guatemala is deels ontleend aan mijn verzameling moderne sagen De gebraden baby (Prometheus, 1995).
  • sluiten

    Leave a Reply

    Your email address will not be published. Required fields are marked *