Gianluca Lipani had niets tegen buitenlanders. Toch zette hij zijn website vol met vals nieuws over misdaden van migranten. Waarom? Omdat die berichten zo vaak werden aangeklikt en gedeeld dat hij rijk werd van de advertentie-inkomsten. In augustus werd Lipani door de Italiaanse politie gearresteerd. Vorige week gaf hij een interview: ‘Ik vertel jullie hoe ik handenvol geld heb verdiend door racistische broodjeaapverhalen te verkopen.’ Vals nieuws als verdienmodel: Lipani is niet de enige aanbieder, maar wel een opvallend gewetenloze.
De site van de twintigjarige Siciliaanse student heette Senzacensura.eu, het ‘blog zonder blad voor de mond’. Een kop van 13 juli van dit jaar, om een indruk te geven van de inhoud: ‘Immigrant verkracht meisje van 7 – haar vader snijdt hem zijn ballen af en laat hem ze opeten’. Senzacensura (‘ongecensureerd’) berichtte bij voorkeur over de immigrant als verkrachter van vrouwen en kinderen, en juichte eigenrichting van harte toe.
Verzonnen
Een deel van het nieuws vond Lipani op andere sites, de rest verzon hij zelf: ‘Catania: jongen (15) levend verbrand door migranten – afgeslacht omdat hij christen was.’ Eind augustus haalde de politie zijn blog offline. De beheerder wacht in vrijheid een rechtszaak af wegens aanzetten tot racisme. En dat terwijl hij helemaal geen racist is, legde hij vorige week uit aan nieuwsmagazine L’Espresso.
Hij begon met berichten te plaatsen die grote kranten lieten liggen. Maar dat leverde nauwelijks page views en shares op. Wat wilden mensen dan lezen? Politici hadden succes met populistische tirades tegen migratie, zag hij. Dus ging hij nieuws fabriceren dat daar in onderwerp en toon bij aansloot.
Misdaden van migranten werden in zijn berichten liefst meedogenloos en zonder tussenkomst van een rechter bestraft. Ook daarmee gaf hij het publiek wat het wilde: ‘In het verleden had ik op mijn talloze Facebookpagina’s het waargebeurde verhaal gedeeld over een migrant die een klein meisje verkrachtte, en bij de comments waren er mensen die dingen zeiden als “Snij hem zijn ballen af en dwing hem ze op te eten” en “Smijt zuur over hem heen”. Die comments genereerden honderden likes en zodoende besloot ik om daar het format van mijn blog van te maken.’
‘Ik ben een hele gewone jongen’
Alles bij elkaar leverde het haatnieuws hem naar eigen zeggen 6 miljoen page views en 800 duizend shares op. Alleen met het bericht over de gecastreerde kinderverkrachter haalde hij al 500 duizend bezoekers en duizend euro binnen. Lipani: ‘Wat viriliteit is voor andere mannen, was viraliteit voor mij.’ En: ‘Ik ben geen racist, laat staan een haatzaaier, ik ben een hele gewone jongen die met schrijven een paar euro wilde verdienen.’
Spreekt de nieuwsvervalser in het interview met L’Espresso wél de waarheid? Omdat hij wordt aangeklaagd voor haatzaaien, heeft hij er belang bij elke sympathie voor rechts-extremisme te ontkennen en te zeggen dat hij het alleen voor het geld deed. En dat lijkt ook te kloppen: Italiaanse hoaxbusters die zijn gangen op Internet nagingen, vonden geen aanwijzingen voor een politieke agenda.
Niet om te lachen
Behalve deze Italiaanse Pinokkio zijn er meer exploitanten van vals nieuws – niet te verwarren met sites als De Speld of The Onion, die nieuws nabootsen om er de spot mee te drijven. Een van de vele Amerikaanse voorbeelden is Empire Sports: op het eerste gezicht een gewone nieuwssite vol sport- en ‘what-the-fuck’-berichten. Totdat je de kleine lettertjes leest: ‘Empire Sports is een website voor satire en amusement. Empire Sports gebruikt in alle berichten verzonnen namen, behalve waar publieke figuren op de hak worden genomen.’
Het is een ijzersterk verdienmodel: de investeringen zijn laag, de opbrengst kan flink oplopen. In een stevig artikel over dit soort nieuwsparasieten schatte New Republic de jaarinkomsten van een van de bekendste, de tweemansonderneming The Daily Currant, op rond de 100 duizend dollar.
Lees ook: Italiaanse hoaxbusters jagen online op rechts-extremistische haatzaaiers
Meer voorbeelden? Hoaxwijzer heeft een lange lijst van sites met nepnieuws
Foto: Tristan Schmurr (Flickr, CC BY 2.0)